Niels z'n Wadloper Bladzijde
C 6501: Beschrijving Treinstellen
Deel VIII: DH 2-treinstellen
1987
Met deze uitgave uit 1987 is de uitgave uit 1980 komen te vervallen.
1. Inleiding
De diesel-hydraulische (DH) treinstellen ontlenen hun naam aan het toegepaste aandrijfsysteem
Zij worden ingezet op de niet geëlektrificeerde baanvakken in de noordelijke provincies
Bij de keuze van dit materieel is rekening gehouden met het relatief laag reizigersaanbod in
dit gebied. De DH-treinstellen maken een eenvoudige exploitatie mogelijk
1.1 Enkele kenmerken
Opvallend bij de DH-treinstellen is het ontbreken van een 1e klas afdeling
De serie DH-treinstellen is te onderscheiden in één en twee wagenstellen
Voor de beschrijving van de DH-1 treinstellen wordt verwezen naar de beschrijving C6501/VII.
De DH-2 bestaat uit de serie 3201-3231 (tweewagen treinstel). Het eerste DH-2 treinstel met
het nummer 3201, werd eind augustus 1981 door de fabrikant afgeleverd.
De treinstellen zijn voorzien van een automatische koppeling en kunnen met elkaar en met de
DH-1 worden gekoppeld.
De aandrijfinstallatie bevindt zich onder de rijtuigbak.
Deze bestaat uit:
- een dieselmotor;
- een hydraulische turbo-transmissie;
- twee tandwielkasten.
Het DH-2treinstel heeft een loopdraaistel onder beide cabines en twee aangedreven draaistellen
in het midden van het treinstel. De aandrijving geschiedt door twee tandwielkasten, die gekoppeld
zijn aan de wielassen. De tandwielkasten zijn door middel van cardanassen gekoppeld aan de
turbo-transmissie.
Voor de perslucht-, laagspanningsvoorziening en koeling drijft de dieselmotor, twee, zich
eveneens onder de bak bevindende, hydrostatische pompen aan. Eén van deze pompen wordt
gebruikt voor de aandrijving van de koelerinstallatie, de ander drijft de compressor en
hulpgenerator aan.
De treinstellen zijn uitgerust met een luchtdrukrem van het eenleidingsysteem. Iedere wielas
wordt aan beide zijden beremd.
De hulpgenerator voedt de 24 V gelijkspanning stuurstroominstallatie. Met behulp van een
laadinrichting wordt hiermee ook de batterij geladen.
Elk treinstel heeft twee balkons met aan beide zijden zwenkzwaaideuren.
Met behulp van een oliekachel wordt de vermarming van het rijtuig door een heetwatersysteem
verzorgd. De rijtuigtemperatuur wordt elektronisch geregeld.
Deze bladzijde is het laatst gewijzigd op 24 april 2006